Verwarm de oven voor op 175° Celsius.
Breng het water aan de kook in een steelpannetje of waterkoker.
Meng het amandelmeel, psyllium, baksoda en zout door elkaar heen.
Splits de eieren. Hier kan je zien hoe je een ei splitst. Voeg de eiwitten en de azijn toe aan de kom met droge ingrediënten. Voeg ook de helft van het kokende water toe. Gebruik een handmixer (met deeghaken of gewone gardes) om het beslag goed (maar niet heel lang) door elkaar te mengen en voeg de rest van het kokende water toe terwijl je aan het mixen bent. Je wilt dat het beslag stevig genoeg wordt om bolletjes van te maken. Zodra je dat punt bereikt heb stop je met mixen. Het beslag moet stevig genoeg zijn om in een broodvorm op een snijplank gelegd te worden.
Smelt de roomboter in een pannetje of in de magnetron. Het moet goudgeel blijven.
Verdeel het beslag nu in het juiste aantal broodjes en maak elk stuk deeg in een bolletje. Ik maak heel kleine bolletjes. Ik maak zes kleine bolletjes met 100 gram amandelmeel, maar je kan ook vier grotere bolletjes maken.
Smeer elk bolletje in met wat roomboter met een kwastje.
Strooi nu maanzaad over de helft van de bolletjes en sesamzaad over de andere helft van de bolletjes.
Bak de bolletjes in het midden van de voorverwarmde oven in zo'n 60 minuten gaar. Ze zijn gaar als ze hol klinken als je op de onderkant klopt. Als ze niet hol klinken, moet je ze langer bakken. Zet ze dan desnoods lager in de oven of draai de oventemperatuur naar 160° Celsius zodat de bovenkant niet te hard wordt. Deze bolletjes hebben echt tijd nodig om ook van binnen goed droog te worden. Het is dus geen snel proces.