Haal de bloemkoolroosjes van de bloemkool. en kook in 4-5 minuten gaar in een pan met kokend water. Ze moeten bijtgaar zijn, dus niet uit elkaar vallen als je er een vork in prikt.
Doe de bloemkoolroosjes in een pan met water zodat ze net onder staan. Breng het water aan de kook en kook de bloemkoolroosjes in 4-5 minuten gaar. Ze moeten bijtgaar zijn, dus niet uit elkaar vallen als je er een vork in prikt.
Laat de bloemkool uitlekken in een vergiet.
Was de peterselie en munt en dep droog met wat keukenpapier. Snij de peterselie en munt in kleine stukjes. Je kan de steeltjes van de peterselie ook gebruiken, van de munt gebruik je alleen de blaadjes.
Maak de knoflook schoon en snij in kleine stukjes.
Zest de citroen met een zesteur of rasp en pers de citroen daarna uit.
Voeg de kappertjes aan de kom met citroenzest en citroensap toe.
Voeg nu de munt, peterselie, knoflook en olijfolie toe en meng door elkaar heen.